Zorgverleners over hun energiegevers en -vreters

De zorg verduurzamen: hoe pak je dat aan? Daarover gaat het platform Expertisecentrum Verduurzaming Zorg (EVZ) van TNO. Wij gaan met zorginstellingen in gesprek over hun unieke, duurzame projecten. Deze keer: het Reinier de Graaf Gasthuis in Delft.
Als ziekenhuis duurzaam van je restwarmte af komen. Het Reinier de Graaf Gasthuis in Delft bewijst dat het kan. Vanaf 2023 verwarmt het ziekenhuis 351 woningen van het naastgelegen nieuwbouwproject met restwarmte. Hoe werkt dat in de praktijk? Hoe richt je zo’n samenwerking in? En wat zijn de voordelen? Accountmanager Pieter Nieuwenhuis en projectleider Ronald van Lier van de afdeling gebouwenservices van het Reinier de Graaf Gasthuis vertellen.
Het Reinier de Graaf Gasthuis werkt met een warmte-koudeopslag (wko). Daarmee wordt het ziekenhuis op een duurzame manier gekoeld en verwarmd. Tegelijkertijd brengt dit een grote uitdaging met zich mee: het ziekenhuis heeft een warmteoverschot in zijn wko.
“We hebben ongeveer tachtig procent van de tijd twintig procent van onze warmte over. En dat mag niet, volgens de geldende milieuwetten”, vertelt Ronald. “Met een warmteoverschot warmen we de bodem op. Dat is niet duurzaam. Daarnaast krijg je door dat overschot op den duur niet genoeg kou meer uit de wko om het gebouw af te koelen.”
Een warmteoverschot komt vaker voor bij ziekenhuizen en andere gebouwen die goed geïsoleerd zijn, weet Pieter. “Isolatie heeft veel duurzame voordelen. Maar het betekent ook dat de warmte amper naar buiten kan.” Die warmte ontstaat door het gebruik van medische apparatuur, verlichting en grote bezoekersaantallen.
Het ziekenhuis had ook installaties aan kunnen schaffen om de wko in balans te brengen. “Daarmee leid je warmte naar de buitenlucht. Maar dat kost veel geld en is slecht voor het milieu”, legt Ronald uit.
De mogelijke oplossing voor het warmteoverschot is letterlijk dichtbij. Naast het ziekenhuis wordt in 2023 het nieuwbouwproject Bethelpark opgeleverd: 351 nieuwbouwwoningen en 4 commerciële ruimtes. En die hebben juist warmte nodig.
Pieter: “Een huiseigenaar kan zich aansluiten op het aardgasnet van een energieleverancier, maar dat is niet milieuvriendelijk. Wij dachten: kunnen we de restwarmte van het ziekenhuis gebruiken om het Bethelpark te verwarmen?”
Het Reinier de Graaf Gasthuis zoekt contact met de projectontwikkelaars van het Bethelpark. Die zijn meteen enthousiast. Ook installateur Kuijpers, duurzame warmteleverancier Eteck en adviesbureau IF Technology sluiten aan. Die drie partijen hebben samen veel kennis in huis op het vlak van duurzame energie en installatietechniek. Expertises die het ziekenhuis goed kan gebruiken.
Het resultaat: het Reinier de Graaf Gasthuis gaat het naastgelegen nieuwbouwproject verwarmen. Het is het eerste ziekenhuis van Nederland dat restwarmte doorgeeft aan woningen.
De techniek is vrij simpel. Installateurs leggen leidingen tussen het Bethelpark en de wko van het ziekenhuis. Via die leidingen en een aantal warmtepompen krijgen de woningen aardgasvrije, duurzame warmte. Daarmee kunnen bewoners hun woning verwarmen en warm water uit de kranen tappen.
Een tegenstroomapparaat zorgt ervoor dat de warmtetoe- en afvoer van het ziekenhuis en het Bethelpark elkaar niet raken. Dat apparaat meet ook hoeveel warmte er van het ziekenhuis naar het Bethelpark gaat. Dat is van belang voor de afrekening.
Het warmteoverschot van het ziekenhuis moet genoeg zijn om het hele nieuwbouwproject van warmte te voorzien, blijkt uit de berekeningen. De partijen hebben een contract voor 30 jaar getekend. Het Bethelpark neemt circa 5.000 GJ warmte per jaar af, waarmee het 163.400 m3 gas bespaart. Dat is een besparing van meer dan 290.000 kilogram CO2.
Ronald: “Het is uniek dat wij elkaar op deze manier helpen. Hopelijk volgen meer ziekenhuizen dit voorbeeld.”
Welke tips hebben Ronald en Pieter voor collega’s die ook zo’n samenwerking aan willen gaan? “Waak ervoor dat je als ziekenhuis een formele warmteleverancier wordt. Dan loop je het risico op een schadeclaim als je onverhoopt geen warmte kunt leveren door bijvoorbeeld een defect.”
Verder is wederzijds vertrouwen volgens Ronald belangrijk. “De installaties van het Reinier de Graaf Gasthuis zijn een soort garantie. Die zitten heel goed in elkaar, beter dan de installaties van een gemiddeld appartementencomplex. En terecht: wij kunnen ons geen defect veroorloven. Dat zou grote gevolgen hebben voor onze zorg.
Gaat er toch iets mis? Dan is er een tussenpartij voor noodgevallen. “Bij ons zorgt Eteck voor een noodgenerator en een inkoppelstation halverwege de toevoer. Die kunnen het Bethelpark alsnog van warmte voorzien als er aan onze kant iets misgaat.”
Ook is het volgens Ronald en Pieter slim bepaalde afspraken goed vast te leggen. Zo betaalt het Bethelpark altijd voor minstens 2.000 GJ per jaar, of ze dat nou afnemen of niet. Een warmtewisselaar (nakoeler) verwerkt eventuele overgebleven restwarmte voor het Reinier de Graaf Gasthuis. De nakoeler vangt kou op uit de buitenlucht voor in de wko of stoot juist warmte uit.
Het ziekenhuis verdient geen geld door restwarmte aan het Bethelpark te leveren. “Wij leveren warmte tegen de kostprijs. En krijgen daarnaast een klein bedrag voor het beheer en onderhoud van onze wko”, vertelt Ronald.
Het hoofddoel is de wko in balans houden. Pieter: “Dit is echt een duurzaamheidsproject voor ons. Het past bij de visie van de gemeente Delft, die zoveel mogelijk van het aardgas af wil.”
Het Bethelpark voldoet dankzij deze samenwerking aan de duurzaamheidseisen voor nieuwbouwprojecten. “Een win-winsituatie dus”, zegt Ronald.
Ook vindt hij het fijn om nauw samen te werken met de buren. “We hebben elkaar vast nog wel vaker nodig. Een kans als deze moet je als ziekenhuis grijpen. Zo zijn wij samen voorbereid op een duurzame toekomst.”