Zorgverleners over hun energiegevers en -vreters

Wat zijn de gevolgen van de gaswinning in Groningen en Drenthe? Daar doet de Nationale ombudsman al meer dan vijf jaar onderzoek naar. Want niet alleen de huizen van bewoners in de aardbevingsgebieden zijn beschadigd. Ook hun vertrouwen in de overheid heeft een flinke deuk opgelopen.
In 2017 deed de Nationale ombudsman zes aanbevelingen aan het kabinet. Het doel hiervan: de relatie tussen bewoners en de overheid herstellen. Wat is er in de tussentijd met die aanbevelingen gebeurd? We werkten mee aan een reconstructie die antwoord geeft op deze vraag. De samenvatting ervan lees je onder de afbeeldingen én in het digitale magazine ‘Groningen en Drenthe: verscheurd vertrouwen’ dat wij over dit onderwerp maakten.
Hieronder vatten we de reconstructie en aanbevelingen samen. Deze zijn bedoeld voor het nieuwe kabinet en voor betrokken partijen en professionals.
Bewoners in Groningen en Drenthe ervaren verschillende problemen. Een daarvan is dat ze te maken hebben met allerlei organisaties, procedures en initiatieven. Het is vaak onduidelijk bij wie ze waarvoor moeten aankloppen.
Instanties verwijzen over en weer naar elkaar. En medewerkers kunnen burgers niet goed helpen. De Nationale ombudsman kreeg hier de afgelopen jaren veel signalen over.
Daarnaast zijn bewoners onzeker over wat er met hun huis en woonomgeving gaat gebeuren. De spelregels veranderen steeds. Bewoners weten niet waarom hun buren soms wel voor een regeling in aanmerking komen, maar zij niet. Het gevolg? Spanning tussen families, vriendengroepen of buren.
Daarnaast moet de overheid burgers laten merken dat ze betrouwbaar is. Maar hoe toon je die betrouwbaarheid? Het antwoord daarop hebben we verwerkt we in de volgende vijf aanbevelingen.
Tegenwoordig ligt de verantwoordelijkheid voor de versterking en schadeafhandeling bij de Rijksoverheid. Maar de overheid bestaat niet uit één aanspreekpunt. Er is bijvoorbeeld niet één loket dat samen met de bewoner de regie neemt. Sterker nog: de regie wordt bij de bewoners zelf gelegd. Dit zorgt voor problemen.
Bewoners hebben namelijk onvoldoende middelen om de regie te nemen. Ze missen bijvoorbeeld inspraakmogelijkheden, beslisruimte of inzicht in hun schade en financiering. De overheid heeft die middelen wel. Voor burgers voelt het daardoor alsof ze moeten strijden tegen de staat.
Overheden verschuilen zich achter procedures en berekeningen. De relatie met burgers lijkt minder belangrijk te zijn. De overheid lijkt de burger zelfs te wantrouwen. En andersom. Er zijn bewoners die de informatie van de overheid niet meer geloven. Ze vinden onderzoeksrapporten niet onafhankelijk of zijn continu in verweer.
Bewoners hebben tijdens de coronapandemie met verbazing naar de overheid gekeken. Ineens konden beslissers wél snel handelen en vertrouwen laten zien. Waarom ziet de overheid de schade en onveiligheid in Noord-Nederland niet als een crisis?
Bewoners voelen zich niet serieus genomen. Hun leven staat op pauze. Sommigen hebben psychische of fysieke klachten. Anderen ervaren een gebrek aan toekomstperspectief. Ook de versterking laat lang op zich wachten. Bewoners vragen zich af: “Kan het de staat niet schelen dat wij dit risico lopen?”
Bewoners hebben vaak te maken met een opeenstapeling van regelingen. Daardoor raken ze de regie en het overzicht kwijt. Voor elke regeling is een apart proces. En soms duurt het maanden voordat ze hun schade vergoed krijgen.
Ook hebben bewoners het gevoel dat organisaties als het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG) en de Nationaal Coördinator Groningen (NCG) hen wantrouwen. De kosten voor experts en juristen staan bijvoorbeeld niet in verhouding tot de bedragen voor schadevergoeding en herstel. Dat voelt oneerlijk.
Een belangrijke aanbeveling van de Nationale ombudsman in 2017 was: Communiceer proactief met bewoners. Helaas gebeurt dat nog niet altijd. Bewoners missen bijvoorbeeld informatie over de voortgang, die ze wel nodig hebben. Of ze weten niet waarom de ene buurman wel, maar de andere niet voor een regeling in aanmerking komt.
Ook de aanpak van bewonersbegeleiders is verschillend. Doordat de versterking al jaren duurt, krijgen sommige bewoners te maken met meerdere bewonersbegeleiders. Bewoners moeten hun verhaal telkens opnieuw vertellen en steeds weer vertrouwen opbouwen.
De Nationale ombudsman vindt het belangrijk dat overheden maatwerk toepassen. Kortom: dat zij letten op de specifieke omstandigheden van burgers. De overheid moet bereid zijn van beleid af te wijken als dat nodig is. En oplossingen vinden die passen bij de persoonlijke situatie van burgers.
Nog niet alle gedupeerden in Noord-Nederland profiteren van maatwerk. Ze missen informatie en perspectief. Bovendien is het voor huiseigenaren vreemd dat zij niet zelf de regie hebben over de timing, voortgang en aanpak van hun versterking.
Meer lezen? De volledige reconstructie van de onderzoeken en aanbevelingen van de Nationale ombudsman vind je op hun website.